Mijn kerstwensen...

Mijn kerstwensen voor iedereen is eigenlijk dat we met z'n allen wat minder 'judgemental' zijn. Vanwaar deze bedenking opeens komt? Wel, ik heb er mijn buik van vol dat ik elke dag opnieuw op Facebook 'erge waargebeurde verhalen' aantref. Verhalen die soms zo volledig uit de context zijn getrokken. Verhalen waar de publieke opinie je alvast heeft veroordeeld en bij voorkeur opgehangen. 

Kijk, daarom is er een rechtsysteem: om te verzekeren dat iedereen de kans heeft op een fair proces. Aan elk verhaal is 2 kanten. En wat me de laatste tijd enorm opvalt is hoe mensen reageren als ze menen dat een dier kwaad wordt aangedaan. Pas op; ik verdedig jamais de la vie een dierenmishandelaar. Integendeel, deze zouden moeten worden gestraft. Maar als ik de comments lees op social media of op krantensites dan vraag ik me of we niet met z'n allen onszelf laten meeslepen door een nieuwe vorm van massahysterie? 

De druppel waarom ik deze blog schrijf? Dit verhaal: een vrouw sleept haar hond mee achter haar auto. Mijn eerste reactie was ook 'zo erg', mijn tweede was 'oei, stel dat die vrouw dit per ongeluk heeft gedaan, door verstrooidheid, hoe vreselijk zal zij zich voelen'. De reacties op social media & de site logen er niet om. Gelukkig waren er toch ook al wat genuanceerdere meningen, maar toch. Zeker als je de ware toedracht leest, dan besef je dat elk verhaal meerdere kanten heeft. 

Ik wens iedereen toe om meer de context te durven zien en ik moedig onze journalisten aan om de context op te zoeken en te verduidelijken. Kritisch alle foto's bekijken die passeren via social media is alvast mijn voornemen voor 2016. 

The eternal battle...

Eigenlijk ben ik zelden jaloers op andermans succes of uiterlijk. Echt waar, ik gun het m'n vrienden oprecht om ze gelukkig te zien. Het enige waar ik echter jaloers op ben, is het gemak waarbij sommige mensen hun gewicht houden. Snoepen of niet, veel eten of niet, altijd blijven ze hun mooie slanke lijntje houden. Ergens weet ik wel dat zij dan andere problemen hebben... En ja, ik weet ook wel dat ik niet afschuwelijk lelijk ben... maar ik weet ook hoeveel moeite ik moet doen om slank te worden of gewoon om niet moddervet te worden tout court. 

Ook dit jaar ben ik opnieuw moedig de strijd aangegaan met de kilo's. Ik ben een typische jojo-er. Mijn gewicht schommelt harder dan de gemiddelde 8-jarige in een speeltuin. 

Mijn gewicht dit jaar...

Mijn gewicht dit jaar...

Voor mijn grootte zou ik eigenlijk tussen 50 & 67 kg moeten wegen. Een serieuze marge als je het mij vraagt. Het probleem is dat ik daar eigenlijk wel een pakje boven schommel. Dus, mijn doel voor volgend jaar is om eindelijk terug in het groen te vallen. Door het diëten voor de trouw was ik er dicht bij gekomen, helaas is een huwelijksreis wat minder goed voor de lijn! 

Ahja, nieuw jaar, nieuwe start? Mijn doel is vooral om gezonder te worden, strakker en meer conditie te kweken. Ik ben (voor de 10-de keer ofzo) opnieuw gestart met start-to-run (maar hierover meer in een volgende blog!). 

En zolang ik 'gezegend' ben met serieuze 'curves', zal ik me er ook niet te dik in maken. Uiteindelijk straal je uit wat je voelt & hoe je je voelt. Als je je dik & lelijk voelt, zal je je er ook naar kleden én zal je er ook zo uitzien!  

Dus, mijn tip voor alle vrouwen die met dezelfde gevoelens kampen als ikzelf: deal with it. Ofwel ga je de strijd aan tegen de kilo's, ofwel leg je je erbij neer en maak je er het beste van. En ja, ik besef echt wel dat dit moeilijk is. Een dagdagelijks gevecht tegen de kilo's, een dagdagelijkse strijd tegen jezelf om toch maar niet toe te geven aan de verleiding om iets lekker te snoepen... het is geen cadeau. Mijn leven is een aaneenschakelijk van momenten waarop ik me vol vechtlust strikt aan mijn dieet houd, en momenten waarop ik denk 'fuck it, ik ben goed zoals ik ben'. 

Wat mij wel troost geeft, zijn artikels als deze. Volgens een  recente studie van de Universiteit van Texas is Kelly Brook namelijk tot de vrouw met « het perfecte lichaam » uitgeroepen. Zij hebben verschillende lichaamskenmerken bestudeerd en onderzoek gedaan naar de lichaamsverhoudingen die mannen waar dan ook ter wereld, ongeacht cultuur of afkomst, het aantrekkelijkst vinden. Ze hebben alle gegevens verzameld en daaruit, op grond van de uiterlijke kenmerken die aantrekkelijk gevonden worden, de «ideale» lichaamsmaten opgemaakt. Daarmee hebben zij ontdekt dat Kelly Brook, van alle bekende vrouwen, de vrouw was die hieraan het beste voldeed. 

Of ze nu werkelijk 'het perfecte lichaam' heeft interesseert me matig. Wat me wel enorm aantrekt in dit artikel, is het feit dat Kelly curves heeft. Curves die ik bij mezelf ook aantref. Hieronder de enige bikini-foto die je van mij zal vinden op het internet, want ik voel me eigenlijk niet zo enorm zelfzeker om Facebook te overspoelen met mezelf in bikini. Voor een keer maak ik een uitzondering. Om mezelf eraan te herinneren: you're not that bad, just look at Kelly! 

Links: me, op een shoot voor het Kyalin spotje (ik woog toen 72kg, net zoals nu).Rechts: de vrouw met het 'perfecte lichaam' Kelly Brook. 

Links: me, op een shoot voor het Kyalin spotje (ik woog toen 72kg, net zoals nu).
Rechts: de vrouw met het 'perfecte lichaam' Kelly Brook. 

Een andere instant-goed-gevoel zijn artikels als deze (bron: TV Familie/Blik van 2/12/15):



Trouwen voor dummies... Stap 3: The Dress!

Een nachtmerrie. Trust me. Zo voelde het na de 4e winkel. Kijk, shoppen is plezant. Echt waar, I love it. Een trouwkleed zoeken daarentegen is geen evidentie als je niet de standaardmaten hebt. 

Ik moet eerlijk zijn: ik was bijgekomen het afgelopen jaar. Mijn nieuwjaarsvoornemens op vlak van gewicht zijn er niet van gekomen, integendeel. Ik was bijgekomen... en serieus ook. Opeens stond daar 76 kg op de weegschaal. Om depressief van te worden... Dus, met veel voornemens ben ik terug beginnen afvallen. In die mate dat ik op mijn trouwdag maar 69 kg woog (joepie, onder de 70kg!). 

Anyway, terug naar de zoektocht naar een kleed. Ik heb 4 winkels geprobeerd, voordat ik in de 5e winkel mijn keuze gemaakt heb. Mijn vereisten voor mijn perfecte kleed: ik wilde er mooi instaan, m'n curves tonen en het moest een betaalbaar kleed zijn! Dat kleed heb ik gevonden in Kortemark, bij Scarpellini. Een hele vriendelijke, behulpzame verkoopster heeft me geholpen met het maken van mijn moeilijke keuze. 

Hieronder m'n trouwkleed, maar ook de kleedjes die het niet geworden zijn... 

Trouwen voor dummies... stap 2: Location, location, location.

In mijn vorige blog heb ik al wat duidelijkheid geschetst over het financiële kostenplaatje van een huwelijk. De grootste kostenpost is dus de feestzaal & catering. In veel gevallen is dat een en dezelfde factuur. 

Zoals ik in m'n vorige blog reeds aanhaalde, deed ik eerst research online op http://www.dnls.be/nl/trouwlocatie.  Via deze site heb ik verschillende feestzalen bekeken & prijzen opgevraagd. 

Na prijzen op te vragen bij een aantal zalen in de buurt, gingen we praten met de eigenaar van Het Kasteel Van Lebbeke. Na wat onderhandelen (doen!) zijn we tot een acceptabel budget gekomen. De laatste zaterdagavond  van september en de eerste van oktober waren nog vrij (dit was ook de periode die wij in ons hoofd hebben), dus namen we onmiddellijk een optie op deze data. De keuze is op 3 oktober gevallen, aangezien verschillende van onze gasten op golftrip waren het laatste weekend van september. Zo was onze zoektocht naar de perfecte feestzaal snel ten einde!

Een prachtige locatie, met een heel lekker menu! Geloof me, dat is echt de basis van een geslaagd trouwfeest. En nog een kleine tip: het zit em in de details! 



Trouwen voor dummies... stap 1: budgetteren

Op zaterdag 14 maart vroeg Roel me ten huwelijk. Joepie! Trouwen! De droom van zoveel tieners & vrouwen. Maar dan begint het echte werk. Hoe begin je er nu eigenlijk aan? 

Wel, het eerste waar wij voor gekeken hebben, is de feestzaal. We hadden als periode eind september in ons hoofd, dus met enkel die info & een maximum budget per persoon begon ik aan de zoektocht naar een perfecte feestzaal.

Ik droomde van een trouwfeest in een kasteel. Maar zou dat betaalbaar blijken? 
De eerste research heb ik online gedaan, op http://www.dnls.be/nl/trouwlocatie. Voor velen is de keuze van een feestzaal makkelijk, aangezien de meeste mensen trouwen in hun eigen buurt. Ik woon(de) nog maar 1,5 jaar in Buggenhout, dus mijn kennis van feestzalen in de buurt was nogal beperkt. Via deze site heb ik verschillende feestzalen bekeken & prijzen opgevraagd. Een enorm handige tool om te vergelijken en een realistisch budget op te stellen. 

Doordat ik nu een eerste idee kreeg over de kostprijs van het avondfeest, wilde ik (zoals ik ook dagdagelijks doe op m'n werk) een eerste budgettering beginnen. Hierbij mag je rekening houden met verschillende kostenposten, zoals:

  • drukwerk: uitnodigingen, menukaarten, naamkaartjes, etc. Reken hier wel makkelijk op zo'n 300 à 500 euro (is natuurlijk afhankelijk van de opmaak van je uitnodigingen - hoe ingewikkelde, hoe duurder, maar ook van de hoeveelheid, het papier etc)
  • decoraties: afhankelijk van je feestzaal zal je zelf moeten kijken voor de nodige decoraties (denk bijvoorbeeld aan vaasjes (tip: de Action!), ballonnen, ringkussentje, decoratielinten, bloemen voor op de auto's, enz.). De prijs hiervan kan enorm variëren. Wij hebben zeker zo'n 500 euro hieraan uitgegeven. Voordeel is wel: als iemand in mijn vriendenkring trouwt... I have a lot of stuff! Mijn tip: http://trouwen-online-shop.nl/ 
  • bloemen: bruidsboeket, boeketjes voor op de tafels, corsages suite & bruidegom, bloemen voor de mama's etc. Ook hier kom je al snel op zo'n 500 euro (zonder zot te doen). Wie droomt van een grote boog met bloemen zal nog wel een pakje meer moeten betalen vrees ik. 
  • trouwringen: vind je ook opnieuw in alle prijsklasses, variërend van 300 à 3000 euro (of zelfs meer). Informeer je goed, bekijk verschillende collecties of kies voor zilver in plaats van goud.
  • kleding, schoenen & accessoires: hierover volgt nog een aparte blog, maar geloof me: het is duur!
  • cadeautjes voor de suite: traditioneel gezien worden cadeautjes voorzien voor de bruidskindjes, bruidsmeisjes, getuigen & ouders. Reken dus maar snel op zo'n 300 euro cadeautjes. 
  • bedankingscadeautjes: normaal gezien geef je bedankingscadeautjes mee met je gasten bij het vertrek. Denk ook hier aan een budget tussen €1,5 & €5 per gast.
  • fotograaf & videograaf: een professional inhuren kost geld. Standaard mag je zeker rekenen op zo'n 700 à 1500 euro hiervoor.
  • visagist & kapper: op je grote dag wil je stralen. Mijn tip: huur een expert in! Ik heb natuurlijk wel het geluk om door mijn job met veel fantastische visagisten samen te werken, dus de perfecte visagist had ik snel gevonden! Qua kostprijs mag je ook hier rekenen op zo'n 250 euro.
  • vervoer: een koets, een wit paard, een oldtimer, een limo... een heel persoonlijke keuze! Voor een limo betaalden wij 300 euro per limo. 
  • notaris: standaard trouw je onder het wettelijk stelsel van gemeenschap van goederen. Wie onder een ander stelsel wil trouwen, moet daarvoor naar de notaris. Dit kost al snel zo'n 425 euro. 
  • DJ: een goede dj (en goede briefing van de dj) is essentieel voor een geslaagd trouwfeest! Je betaalt zo'n 400 à 750 euro voor een 'normale' dj. 

Een serieuze waslijst van kosten hé? Trouwen is een dure bedoening, zoveel is snel duidelijk. Om niet voor verrassingen te komen staan, moet je je hier wel bewust van zijn! Praat met je partner & ouders en spreek een budget af. Hou er rekening mee dat je al snel rond de 20.000 euro betaalt voor een trouwfeest met alles erop & eraan. 

Wie nu bijna een hartaanval krijgt, adem in, adem uit! Je kan wel een stuk van je kosten recupereren dankzij de cadeautjes die je krijgt. Dus, no worries!

Shame on me...

Ik hou van schrijven. Of dat denk ik toch. Op de een of andere manier heb ik dat helaas dit jaar amper gedaan. Waarom? Geen idee. Het is makkelijk om je te verschuilen achter 'een druk leven', 'veel werk met de regelingen voor de trouw' of what ever. Soms denk ik dat ik teveel dingen had om over te schrijven... Either way, ik zal het goedmaken. Beloofd! 

Waarover ik dan wel allemaal zal schrijven? Wel, eerst en vooral mijn huwelijk! 2015 stond in het teken van de liefde voor Roel & mij, we zijn namelijk getrouwd op 3 oktober. En het was een geweldige dag! Maar om een vlekkeloos verloop van je huwelijksdag te garanderen, dien je op voorhand alles goed te plannen! 

Daarnaast plan ik nog wat blogs te schrijven over mijn nieuwe poging om m'n gewicht onder controle te krijgen & te sporten. 

En tot slot hoop ik jullie nog te kunnen vervelen met blogs over mijn professionele uitdagingen. 

Tot binnenkort!

Afscheid van pé Panne

Op 2 juli verloor pépé de strijd tegen kanker. Again het K-woord. Hij vocht moedig. Al 12 jaar leefde hij met zijn prostaatkanker, maar het laatste jaar zagen we hem snel achteruit gaan. Zijn lijden is afgelopen nu...

Hier de brief die ik voorlas in de kerk:

"Liefste peetje,


Ik zal me je altijd herinneren als de man die zo hartelijk kon lachen, me een knuffel kon geven die me het gevoel gaf dat ik voor altijd veilig & beschermd zou zijn, en de manier waarop je ‘Pammeke’ zei als je me iets vroeg. Jij was de man naar wie ikzelf & m’n nichtjes opkeken. Diegene die we soms ook moeiteloos rond onze kleine vingertjes konden winden, zeker nadat we weer een of ander deugnieterij hadden uitgestoken. 
Als kind keek ik ernaar uit om elke zaterdag naar De Panne te gaan, bij meetje & peetje Panne. Ik zal nooit de vele uren vergeten dat ik samen met Vicky, Tracy & Michael in het kotje heb gespeeld, eigenhandig door jou gebouwd. Speciaal voor je dierbare kleinkinderen, zodat we ons eigen plekje zouden hebben. En misschien ook wel zodat we niet meer in je duivenkot of kiekenkot zouden spelen. 
Jij had het geduld om, samen met meetje, ons te leren kaarten, ramibridge om precies te zijn. Uren en uren konden we dit spel spelen. Dit waren de rustige momenten, de momenten waarbij je niet even naar buiten ontsnapte omdat je regiment dochters, schoonzonen en kleinkinderen te druk aan het tetteren waren. 
Bedankt voor de onbezorgde jeugd & fantastische momenten die je me gegeven hebt. 
Wat mijn hart breekt is dat ik net te laat was donderdag om nog afscheid te kunnen nemen van je. En dat je zo aan het afzien was op het einde. Ik kon het maar moeilijk aanzien. 

Wat m’n ogen nog steeds met tranen vult, is het feit dat jij er niet zal bijzijn op ons trouwfeest in oktober. Je afscheid was niet onaangekondigd. We wisten beiden dat je er niet meer zou zijn tegen dan. 
Ik zal je blik ook nooit vergeten toen ik je de foto van m’n trouwkleed toonde. Het was een van onze laatste quality-momentjes. 
Ik wist toen dat de verhalen die je me op dat moment vertelde, over je kindertijd, de oorlog, het varen… dat deze voor eeuwig in m’n geheugen zouden gegrift staan, evenals de schittering in je ogen toen je erover praatte. 

Peetje, ook al zal je er in oktober niet bijzijn, we gaan aan je denken.

Ik ga aan je denken.

Altijd.

Dikke kus, 
Jouw Pammeke."

2014 ex, 2015 in!

De laatste dag van het jaar. Eindelijk. Het was een immens lang jaar. Een zwaar jaar. Een jaar vol gemengde gevoelens. Met ups en downs. Tijd om alles dus eventjes op een rijtje te zetten.

Relatie

Roel en ik zijn dit jaar officieel gaan samenwonen eind januari. We hebben er een heftig jaar opzitten. Met ups en downs, zoals dat wel durft te gaan in een relatie. Maar: we hebben dit jaar overleefd. En hoe! Met het besef dat we elkaar enorm graag zien, en onwaarschijnlijk goed bij elkaar passen. Als je me nu zou vragen om een lijstje te maken met mijn perfecte man, dan mag je erop rekenen dat Roel hieraan beantwoordt voor 90%. Perfect is niemand natuurlijk, ik het minst van al. Elke dag sta ik op met een kus op mijn mond. Leven in harmonie, zonder ruzies of discussies, gewoon om de simpele reden dat je zo goed bij elkaar past waardoor er gewoon geen reden tot ruzie is, is zonder enig overdrijven de belangrijkste reden dat ik een loodzwaar jaar heb overleefd. We zijn dit jaar nader tot elkaar gekomen, waar ik enorm dankbaar voor ben.

Familie

Zoals je waarschijnlijk al gelezen hebt in een voorgaande blog, is 2014 een jaar vol tegenslagen geweest op vlak van familie. Mama is nog steeds herstellend van een heel zware operatie (kanker). Mijn neef pleegde vorige maand zelfmoord. Ik kan alleen maar hopen dat 2015 op dit vlak een pak beter loopt. Het ziet er in elk geval veelbelovender uit: de laatste testresultaten van mama waren goed. Hopelijk zijn de volgende dat ook en heeft ze binnenkort wat minder pijn!

Een fijne 'bijkomstigheid' van een relatie is dat je er instant een extra familie bijkrijgt. Iedereen kent de grappen over een vreselijk schoonmoeder/vader. Ik kan eerlijk zeggen dat ik geluk gehad heb. Ik spendeer graag tijd met Roels familie en kijk ook uit naar de feestdagen om met onze families tijd door te brengen. 

Werk

In februari maakte ik de overstap van project manager De Morgen naar marketing manager TV Familie & Blik. Een welkome promotie, waarvan ik eerlijk gezegd genoten heb. Ik heb ontdekt dat ik meer plezier haal dan verwacht uit cijfers en budgetten. En het was een goed jaar: ik heb een aantal heel succesvolle projecten kunnen uitwerken en veel targets kunnen behalen, dus ik ben een gelukkig mens. Ik hoop dat het volgend jaar een nog beter jaar wordt!

Politiek

Vorig jaar werd ik in november verkozen tot communicatieverantwoordelijke van Jong VLD nationaal. Na een leuke campagne uitgewerkt te hebben voor alle jongerenkandidaten, een project waar ik eigenlijk enorm veel energie ingestoken heb, heb ik mijn taken (noodgedwongen) op een lager pitje gezet (vooral door de operatie van mama en het werk). In september heb ik dan ook besloten om mijn ontslag in te dienen. Ik ben geen mens voor half werk. Ofwel doe ik iets goed, ofwel niet. Door alles wat er dit jaar veranderd was in mijn leven, woog deze verantwoordelijkheid net iets te zwaar door, waardoor ik keuzes gemaakt heb. Ik ben wel nog steeds lid van de raad van bestuur.

Lokaal ben ik nog steeds actief: ik ben communicatieverantwoordelijke & websitebeheerder van Jong VLD & Open Vld Buggenhout. Daarnaast ben ik bestuurslid bij de raad van de Bib & De Pit en de Welzijnsraad. Sociaal geëngageerd leven vind ik gewoon belangrijk en leuk, dus dit doe ik met heel veel plezier.

We zien wel wat de toekomst brengt op vlak van politiek. Ik blijf een betrokken en actief bestuurslid en blijf de liberale zaak enorm toegenegen, maar het is momenteel op een iets lager pitje dan vorig jaar.

 Vriendschappen

Mijn beste vriendin Tatjana is verhuisd naar Nederland. Mijn andere goeie vriendinnen wonen in West-Vlaanderen: Charlotte in Brugge, Stephanie in Waregem en Nele in Ruddervoorde. Het is moeilijk om vriendschappen makkelijk te onderhouden als je op minstens een uur rijden van elkaar woont. Gelukkig is er zoiets als Facebook en telefoon! Dit jaar (en vorig jaar) ook leuke mensen leren (beter) kennen via de politiek, zoals Julie, Ruth, Bob, Jozefien & Jeroen, etc. En natuurlijk heb ik er een hele fijne vriendenkring bijgekregen op de golf! Ik kijk ook op dit vlak uit naar 2015.

Gezondheid & uiterlijk

Een gemend en moeilijk jaar voor mij. Ik heb het gevoel dat ik wel een aantal belangrijke stappen gezet heb. Zo heb ik eindelijk mijn ogen laten laseren. Terug kunnen zien wanneer ik mijn ogen open doe, is een plezier dat ik moeilijk kan beschrijven aan iemand met goede ogen. Het is alsof er (letterlijk) een nieuwe wereld voor me is opengegaan.

Ik heb dit jaar ook verder gekeken naar de oorzaak van mijn buikkrampen. Ik heb, zoals zovelen, een spastisch kolon. Dit betekent dat ik overgevoelig ben voor sommige voedingsstoffen. Sinds ik lactose verminderd heb, heb ik opvallend minder last. In 2015 stel ik me wel tot doel om een uitgebreid onderzoek te laten uitvoeren om te zien aan welke voedingsstoffen ik allemaal allergisch/gevoelig ben. Want ik vrees dat een aantal van mijn andere ‘kwaaltjes’ hiermee in verband staan.

Een ander probleem waar ik last van heb is migraine. Hiervoor ben ik al bij een neuroloog in behandeling geweest (incl MRI etc). Veel kon men niet vinden, behalve wat littekenweefsel. Ik heb wel gemerkt dat sinds ik minder lactose eet, ook minder hoofdpijn heb. Vandaar dat ik verder wil uitzoeken op welke stoffen mijn lichaam slecht reageert.

Gewicht: ook al was ik vorig jaar goed afgevallen, tegen begin dit jaar was ik deze kilo’s al bijgekomen. Ondertussen schommel ik dus al een jaar tussen 70 & 74 kg. Een pak teveel voor een klein grut van 1m61. Mijn grote vloek en tegelijkertijd zegen is dat ik een zandloperfiguur heb. Biologisch gezien een heel gezond figuur, aangezien metingen hebben getoond dat ik weinig vet tussen mijn ingewanden heb en weinig vet rond mijn taille. Het nadeel is dat je minder snel iets aan je gewicht doet als je er eigenlijk nog vrij oké uitziet. Vechten tegen de kilo’s zal wel een eeuwige strijd worden vrees ik. Gelukkig was 2014 het jaar van de konten. Voor de eerste keer in mijn leven heb ik niet het gevoel dat mijn kont afschuwelijk is. Bedankt Kim, Beyoncé, Jennifer & Iggy. Mijn figuur is eindelijk ook eens ‘in de mode’. Tegenwoordig durf ik zelfs aansluitende kleedjes te dragen. Stel je voor!

Sport

Geen al te onsportief jaar achter de rug. Begonnen met golfen in april. Ik sluit het jaar af met handicap 39, wat wel fijn is. Golf is echt een sport die je bijt, waarvan je gepassioneerd raakt. En het is fantastisch om zen te zijn tijdens een wedstrijd: het enige moment in de dag dat ik volledig iPhone-loos ben. Geweldig toch? Dit jaar ook begonnen met yoga. Enige nadeel is dat het op vaste momenten valt, waardoor ik helaas wel een aantal lessen gemist heb. Volgend jaar beter…

Mijn goede voornemens & plannen voor 2015:

  • genieten van nog veel andere mooie momenten met Roel
  • ons huisje verder in orde brengen (we need a new roof!)
  • mijn bibliotheek installeren
  • een appartementje kopen als investering (small & cheap ze)
  • handicap 30 halen tegen einde van het jaar (golf)
  • fitter & strakker worden door meer te sporten
  • meer yogalessen volgen
  • proberen onder die gehate 70kg te raken :-)
  • testen doen om alle te vermijden voedingsstoffen op te sporen
  • mijn tanden op orde laten zetten - aka implantaten (of althans beginnen daaraan)
  • blijven investeren in vriendschappen, zowel ‘oude’ als nieuwe
  • meer tijd vrijmaken voor mijn familie
  • eindelijk beginnen met een boek te schrijven, iets waar ik al jaren van droom
  • niet beginnen met roken (kwestie dat ik toch een makkelijk voornemen heb ook hé)

Fijn eindejaar iedereen!

En als je me iets wil wensen, wens mij en m’n familie een goede gezondheid, want dat is het enige waar ik bitter weinig invloed op heb helaas!

To sport or not to sport...

‘Je bent zo oud als je je zelf voelt’. Dat zeggen mensen vaak. Meestal bedoelen ze daarmee dat ze zich jonger voelen dan de jaren op hun teller, en daardoor dus ook jonger zijn.

Sinds ik 30 geworden ben voel ik me oud(er). En ja, ik weet dat de 40+-ers die dit lezen me nu graag levend zouden willen villen, maar laat me uitspreken. Ik weet dat ik niet oud ben. Ik zie er zelfs niet (echt) oud uit. Maar, ik voel aan mijn lijf dat ik ouder ben geworden. Toen ik in de 20 was, recupereerde mijn lichaam sneller. Een nachtje stappen kon ik perfect ophalen door 1x vroeger te gaan slapen of gewoonweg uit te slapen. Tegenwoordig is dit niet meer zo vanzelfsprekend.  Gelukkig ga ik niet meer elke week uit tot 6u ’s morgens.

Een ander opvallend feit is dat ik soms opsta met een pijntje. Mijn voeten, mijn onderrug, mijn spieren. Afhankelijk van m’n bezigheden de dag voordien, voel ik dat doorwegen bij het opstaan. Akkoord, die pijn vervaagt snel, maar ik mis het om huppelend & fris uit bed te springen met het gevoel dat ik de wereld aankan.

Als reactie op mijn vorige blog, heb ik dikwijls de vraag gekregen of ik ga sporten. Ik zou mezelf niet direct als de meest sportieve omschrijven. In het verleden was ik vooral een ‘occasionele sporter’. Een danscursusje van een 10-tal lessen (waarvan ik er altijd een aantal miste wegens een te druk leven/programma), wat paardrijden bij/met vriendinnen, eens voetballen met de vrienden (als kind), gaan zwemmen (met m’n nicht – vooral om in het water te spelen natuurlijk), lopen (wat ik absoluut haat, maar af en toe opnieuw probeer, met bijzonder weinig resultaat) en fitness (je kent het: een jaarabonnement nemen en 4x gaan). Jup, zo iemand ben ik wel.

Tegenwoordig ben ik wel sportiever geworden: ik golf. Jup, nu mag je stoppen met lachen om het feit dat ik golf als sport omschrijf. Kijk: conditietraining is het niet, maar als je een 18-holes speelt, leg je gemiddeld 12.000 stappen af en doe je dit met een zak op je rug van zo’n 4 (?) kg. Je blijft er fit door en door je swing blijf je ook redelijk lenig. Tel daarbij dat dit het enige moment is dat ik zonder iPhone rondloop, dan weet je dat het ook goed is voor mij geestelijke gezondheid. Dus, dat is alvast een goede zaak.

Daarnaast ben ik (opnieuw) begonnen met wekelijkse yoga lessen. Oké, evenmin de zware cardiotraining, maar het houdt me eveneens lenig (en ja, het helpt mijn swing).

Maar… je merkt het wel hé, ik krijg door mijn sporten weinig tot geen conditie. Een toertje rond ons huis lopen, kan er al voor zorgen dat ik krampen & kortademigheid krijg, dus ik moet ook hierover wel eens een gedacht maken.

Ik ben op iets aan het broeden, maar daarover later meer… 

To eat or not to eat...

I have a confession to make. Ik ben een echte jojo-er. Voor die mensen die niet bekend zijn met dieettermen, dit betekent dat ik een dagelijkse strijd tegen de kilo’s voer. En ja, soms ben ik aan de bovenhand, en soms ben ik aan het verliezen.

Vorig jaar was ik het gezicht van een dieetcampagne (Kyalin – proteïnedieet). Ondertussen, een goed jaar later, ben ik de kilo’s die ik toen kwijt was (zo’n 10kg) weer allemaal bij. Noem het een combinatie van een te rijkelijk leven (feestjes, etentjes en drankjes) en opnieuw een veranderende levensfase (samenwonen… iedereen kent de samenwoonkilo’s nietwaar?). Het dieet an sich werkte, maar het resultaat behouden is altijd de moeilijkste fase.

Een vergissing die veel mensen maken trouwens. Elke dag opnieuw een gevecht leveren tegen de kilo’s. Wegblijven van vetten, suikers, koolhydraten en alcohol. I really suck at it. Ik geniet teveel en te graag van het leven. Dikke mensen worden in onze samenleving maar al te vaak afgeschilderd als dom, lui en gemakzuchtig. Dat zijn ze niet. Het zijn mensen met een probleem, een ziekte.

De grootste jaloezie kan ik ervaren als ik bij iemand thuiskom en geopende zakjes snoep zie liggen in de kast, half opgegeten, half bewaard. Bij mij zal je dat niet in de kast treffen. Als iets open gaat, dan moet het op. Ik weet dat het stom is. Ik weet zelfs dat het meestal niet gezond is. Maar het is onwaarschijnlijk moeilijk om het gevoel uit te leggen. Als ik weet dat ik chips in huis heb bijvoorbeeld, dan kan ik daar echt aan denken. Naar verlangen. Het water in mijn mond voelen lopen. Gewoon dit schrijven veroorzaakt dit gevoel trouwens al. Vergelijk het gerust met een alcohol- of zelfs drugsverslaving.

Ik ben oprecht jaloers op mensen die dit niet hebben. Echt waar. Voor de rest functioneer ik trouwens best normaal ze, maar elke dag opnieuw blijf ik vechten tegen de drang om te snoepen (want als ik begin, dan kan ik moeilijk stoppen). Believe me, ik heb al vanalles geprobeerd. Tegenwoordig haal ik gewoon niets (ongezond) meer in huis, dat is het meest eenvoudige voor mij. (Sorry daarvoor liefje).

Nochtans: ik kook niet ongezond, integendeel. Ik zorg dat er elke dag verse soep in huis is, en bij het koken let ik op hoeveel vet/suiker/zout ik gebruik. Tegenwoordig kook ik zelfs vaak recepten van Pascale Naessens en de Voedselzandloper (trouwens, in de pocket die bij Goed Gevoel zit, staan echt superleuke recepten. Hele grote fan van de vegetarische lasagne. Echt, huge fan!). En ja, ook vers fruit ligt bij ons thuis. Als we dan eens brood eten, dan is het 9 granen brood (zelf gekneed & in de oven gebakken). Een frietketel hebben we niet. En frisdrank drinken we zelden thuis. Dit alles is waarschijnlijk ook de enige reden dat ik stabiel blijf qua gewicht (nu).

Maar… ik zal toch eens de knoop moeten doorhakken. Lig ik me neer bij mijn huidig gewicht (zo’n 72kg voor 1m62) of ga ik opnieuw het gevecht met de kilo’s aan en zo ja: hoe?

Een zware dobber. Keep you posted. 

Tijd om 2014 ten grave te dragen...

Zelfmoord. Nogmaals zo’n vreselijk woord. Gisterenavond probeerde m’n papa me 5 keer na elkaar te bellen. Iets wat hij normaal gezien nooit doet. Het eerste gedacht dat door mijn hoofd flitste, was dan ook: ‘Wie is er dood?’. Maar aangezien mijn grootouders al overleden waren, en de rest van de familie te jong was in mijn ogen, liet ik die gedachte al snel los. Zoiets kon toch niet? Vanzodra ik kon, belde ik hem terug. Papa wist me, serieus aangedaan, het verpletterende nieuws te melden: Kjartan, mijn 19-jarige neef, heeft zelfmoord gepleegd. Details rond het hoe laat ik in het midden, uit respect voor zijn 4 broers en ouders.

Maar het vreselijke nieuws blijft door mijn hoofd spoken. Over het waarom tast ik nog in het duister. Er zou een brief zijn, dus ik hoop oprecht dat zijn afscheidswoorden een troost gaan zijn voor zijn ouders & broers.

Bij een zelfmoord onderga je een scala aan emoties: onbegrip (‘Waarom in hemelsnaam?’), schrik (tegen mijn lief ’s avonds: ‘Durf zoiets nooit te doen hé’), verdriet (‘Ik ga de jongen missen die ik ooit heb gekend, en de man die ik nooit zal kennen’) en schuldgevoel (‘Had ik maar…’).

Elk van die emoties is de afgelopen 24u door mijn lijf & hoofd gegaan. Vooral het schuldgevoel.

Je moet weten dat sinds de dood van mijn grootouders, ik minder contact heb gehad met mijn neven. Je kent het wel: grootouders zijn al eeuwen de lijm die een familie samenhoudt. Doordat ik zover woon (op 1,5u rijden) en omdat papa zelf ook niet zodanig veel contact heeft met zijn familie en vooral in de weekends werkt (you know, de momenten die ik vrij heb), heb ik het toegelaten om te vervreemden van mijn familie aan papa’s kant.

Ik herinner me enorm goed mijn neefje toen hij zo’n jaar of 5 was. Toen ben ik, op 16 jaar, eens een vakantie babysit van dienst geweest. Ik heb 5 neven langs papa’s kant. Michael is van mijn leeftijd, en dan heb je Andrew, Kjartan, Gael en Ids. Die waren toen tussen 7 jaar en 1 jaar. 4 wildebrassen die me het soms moeilijk konden maken. MAAR, waarmee ik me toen ook goed geamuseerd heb. (Ook al kan je waarschijnlijk m’n eerste grijze haren wel aan deze week toeschrijven).

Punt is, die week was Kjartan diegene op wie ik dikwijls kon rekenen, diegene die het meest behulpzaam was. Een lieve gast, zo zal ik me hem herinneren. Helaas zal ik nooit de man leren kennen die hij geworden is, en nog ging worden.

Had ik maar contact gehouden.

Had ik maar gezien dat hij zorgen had.

Had ik hem maar duidelijk gemaakt dat hij met zijn zorgen bij me terecht kon.

Had ik maar… 

I can see clearly now… finally

Ik draag al meer dan 20 jaar een bril. Op mijn 8 jaar had ik nog perfect zicht. De wereld was toen nog zo helder en ongecompliceerd. Op mijn 9 jaar waren mijn ogen opeens enorm verslechterd naar -3. Omdat het verschil zo spectaculair was, raadde mijn oogarts toen harde lenzen aan om verslechtering van mijn ogen verder te voorkomen. Je kan je wel inbeelden wat het effect is als je een 9-jarig kind lenzen in haar ogen laat steken. Eerst en vooral waren die dingen klein, broos en breekbaar. En duur. Vooral duur. Mijn ouders moesten hiervoor 10.000 BEF ophoesten, een immens bedrag voor hen.

Met mijn ogen heb ik altijd een haat-liefde verhouding gehad. En met mijn lenzen en bril nog meer. Eerst en vooral: hoe onpraktisch is dat eigenlijk, een bril? Probeer eens om in de winter een warm lokaal binnen te gaan. Aangeslagen glazen. Of de regen. Absoluut geweldig. Ah, en mijn favoriet: sporten, en vooral zwemmen. Tijdelijk blind dus.

Dan denk je misschien: hé Pamela, dat los je toch makkelijk op met lenzen? Wel… niet direct. Ik droeg harde lenzen. Voor de leken: dit zijn kleinere, hardere lenzen dan de zachte lenzen en moeilijker te verdragen. Het kleinste stofje of een enkel zandkorreltje was genoeg om me te herschapen tot een jankende kleuter.

Ik ben afkomstig van de zee en sinds ik 9 ben haat ik het om naar het strand te gaan. Ofwel draag je lenzen (d’office een slecht idee, aangezien je niet enkel zand maar ook wind op het strand hebt) ofwel draag je je bril. Met een bril kan je niet in zee (is echt te belachelijk om te zwemmen met een bril), op het strand spelen gaat ook maar half (beachvolley is best wel lullig met een bril) en eerlijk is eerlijk: sexy voelde ik me toch ook nooit met een bril hoor.

Na 10 jaar harde lenzen, ben ik moeten overstappen op zachte. Ik kon de harde niet meer in mijn ogen verdragen. De zachte lenzen waren wat makkelijker in gebruik, goedkoper en eenvoudiger te verdragen. Dus, dat ging ook een tijdje goed. Maar de afgelopen jaren ging dat ook steeds moeizamer, totdat ik mijn lenzen enkel nog droeg om te sporten of uit te gaan. Overdag droeg ik altijd mijn bril, zeer tegen mijn zin, aangezien ik mezelf echt niet aantrekkelijk vind met bril.

Kortom: de afgelopen 21 jaar heb ik gevloekt op zowel mijn bril als mijn lenzen. Het is moeilijk om uit te leggen aan een niet-brildrager hoe het leven is met bril. Gewoon het concept ‘opstaan en direct zien’ is al zolang geleden…

De afgelopen 10 jaar zeg ik ‘dat ik ooit krasjes wil laten zetten’. Maar zo snel gaat dat nu eenmaal niet. Eerst moest ik toch al een aantal jaren stabiel zijn (ondertussen al een paar jaar stabiel). Dan volgen een aantal onderzoeken. Ik ben naar het AZ Sint-Monica in Deurne (Antwerpen) gegaan (www.oogkliniek.be). Daar was ik direct in goede handen bij Dr. D’Heer en zijn assistent Carine Kint.

De vooronderzoeken waren soms wat creepy. <Disclaimer: wat volgt is niet geschikt om gelezen te worden door mensen die gruwelen van het idee dat iemand aan hun oog komt> Dus, je ligt op een dokterstoel, volledig horizontaal. Men plaatst een rubberen ‘tjoep’ in je oog, vult deze met vloeistof en maakt er een echo van. Je weet wel: een echo: met een staaf over je oogbol gaan dus. Enorm plezant. Not.

Tijdens de onderzoeken bleek dat ik geschikte ogen had voor de operatie, MAAR mijn oogkassen zelf waren te klein om de LASIK operatie (beter gekend als ‘laseren’) te ondergaan. Fijn hoor, daar zit je dan op die stoel, met 2 dokters voor je neus die meermaals zeggen ‘ah nee, zo’n kleine ogen, dat gaat niet lukken’. Voel je je echt toppie door. Maar, er was een andere methode, minder gekend, maar een die ze even vaak uitvoeren, namelijk de Implanteerbare Contact Lens (ICL). Dit is een ultradunne zachte lens die in het oog wordt ingeplant tussen de natuurlijke lens en de iris. Een implanteerbare contactlens heeft als voordeel omkeerbaar te zijn en kan ook hele grote afwijkingen corrigeren. Deze lens wordt onder druppelverdoving geplaatst achter de pupil.

Voor de mensen die echt nog meer willen weten, kijk even naar dit filmke en zie de uitleg van de dokter die me heeft geopereerd. 

Dus… op maandag 6 oktober heb ik mijn droom om te kunnen zien in vervulling gebracht. Opname was voorzien om 12u. In eerste instantie kreeg ik een pilletje per oog. Juist. Een pilletje. Trekt daar een verpleegster je ooglid open en dropt daar (met een pincetje) een pilleke in. Dit om mijn pupillen ‘open te zetten’. Daarna een uurke wachten voordat de verpleegster me kwam halen. Denk aan een operatieschort en blauwe plastieken zakjes rond je voeten. Enorm sexy. Roel was erbij en ik vrees dat zijn goesting in mij dan wel een tikkeltje minder was dan normaal.

Eenmaal bij het operatiekwartier mocht ik me op een bed gaan liggen (na vlug nog effe een plasstopke ingevoerd te hebben. Zenuwen weet je wel). Daar werden mijn ogen zowat verdronken in druppels en kreeg ik een baxter ‘om de zenuwen te kalmeren’. Nu, stressvrij genieten was me weinig gegund, aangezien er kort nadien opeens 3 verpleegsters naast me stonden roddelen en kletsen. Maar, blijkbaar hielp die baxter al wat want ik ben niet grumpy as hell geworden.

En toen was het zover: ik werd het operatiekwartier binnengereden. Mijn eerste indruk was: ‘zet die chauffage aan’. Ijskoud was het daar, precies een frigo. Ik snap dat de bacteriën zo beter buiten blijven, maar hemel: ik lag daar in een dun hemdje hé jongens. Dan plaatste de dokter een klem rond mijn rechteroog. Deze werd opgesperd onder het gemompel ‘dit zal wat onaangenaam zijn’ – no shit. Toen kreeg ik opnieuw een vloeistof in mijn oog. Wist je trouwens dat als je voldoende vloeistof in je oog krijgt, dit doorloopt naar je keel. Heel bizar hoor. De operatie zelf liep vlotjes, de dokter zorgde er echt voor dat ik gerustgesteld en relaxt was.

Na de operatie werd ik direct terug naar mijn kamer gebracht. De operatie zelf ging van start rond kwart voor 2 en om half 3 zat ze er al op, dus dat liep heel vlotjes. Om 16u moest ik opnieuw bij de dokter komen ter controle (meten van de druk). Ondertussen mochten we al iets gaan eten in het restaurant van het ziekenhuis (voor de culinaire hoogstandjes moet je er niet wezen trouwens). Eten smaakte maar raar, aangezien er al zoveel vloeistof in mijn keel was gelopen. Maar, aangezien ik al sinds het ontbijt niets binnenhad, kon het me echt geen bal schelen. Ik was uitgehongerd!

Om 16u bevestigde de dokter dat alles prima in orde was. Mijn zicht was al op 90%. Ik had het moeilijk met licht en mijn ogen waren droog, maar dat bleek normaal te zijn (want ik was uiteindelijk net geopereerd).

De dag nadien moest ik opnieuw op controle komen: alles loopt prima. Maar, de eerste dagen kon ik niet tegen licht, en waren mijn ogen snel vermoeid. Opnieuw: helemaal normaal.

Ah, en wat echt stom was: ik moest slapen met ‘schelpjes’ op mijn ogen. Enorm aantrekkelijk enzo!

ik.png


Nu zijn we een goeie week verder en ga ik zonder bril of lenzen door het leven. En hoe geweldig is dat! Ik kijk er al naar uit om te gaan zwemmen. En te golfen.

Elke ochtend is het fijn om wakker te worden… en te zien. So finally, after all these years, I can see clearly now.

204 keer bedankt!

Dat kanker echt dé ziekte van de 21e eeuw is, werd me vorige week heel duidelijk. Na mijn vorige (emotionele) blog, kreeg ik 204 reacties! Mensen die zelf de strijd geleverd hebben, maar vooral mensen die de strijd van dichtbij hebben meegemaakt. Mijn blog heeft duidelijk wat emoties losgeweekt. Voor mij was het eigenlijk een onderdeel van een verwerkingsproces. Schrijven heeft altijd een heel therapeutische werking op me gehad.

Beseffen dat je steun krijgt uit je omgeving heeft me enorm geraakt. Maar liefst 204 mensen hebben op mijn blog gereageerd, zowel via Facebook, messenger, sms, mail... Noem maar op. 

Ondertussen gaat het elke dag een beetje beter met mama. De pijn is er nog steeds, maar begint houdbaar te worden. Eten lukt wat beter (zeker aangezien ik haar 15 liter soep gemaakt heb ;-) ), helaas is haar smaak nog niet 100% (ligt trouwens NIET aan mijn soep!). Elke dag een stapje dichterbij genezing dus. 

Ik moet wel eerlijk toegeven dat toen mama mijn blog las, ze in eerste instantie wel even geschrokken is. Het blijft toch een beetje raar voor iemand die zelden online is, nog maar pas op Facebook zit en no way privé zaken online zet, om dan een dochter te hebben die wel een leven op social media heeft, en dan nog een blog bijhoudt ook. Eentje die haar eigen levensverhaal erop zet. Dus, sorry mams. In 2e instantie was ze er echter wel heel blij mee, omdat mijn woorden ook haar hebben geraakt én omdat ze was aangedaan door alle reacties. Ook al hebben er traantjes gevloeid, deze waren er uit ontroering. Dus: allen, uit mijn naam & die van mama: bedankt!

Het gevreesde K-woord

De afgelopen maanden ben ik minder social geweest. Minder actief op social media. Minder bezig geweest met politiek. Minder terrasjes gedaan. En dat ondanks het mooie weer.

De mensen in m’n dichte omgeving kennen die oorzaak maar al te goed. De mensen die ik niet elke week zie, iets minder. Het is namelijk niet iets wat je zomaar op facebook gooit of van de daken schreeuwt.

Het gevreesde K-woord. Kanker. De meeste mensen hebben wel een kanker-verhaal. Zeker als jij het jouwe vertelt, dan krijg je er terug. Van een ouder, zus, tante, grootouder, vriend. Iedereen heeft wel al een of meerdere mensen verloren aan kanker. Ik inclusief. Mijn grootmoeder, mijn grootvader, vriend van de familie en wat verre familieleden. En dan heb je de mensen die de strijd tegen kanker overwonnen hebben. 2 tantes, een nicht, een vriend. En tot slot heb je de mensen die deze strijd nu aan het vechten zijn. Mijn moeder.

Op het moment dat je het verdict krijgt dat een van je ouders doodsoorzaak nummer 1 heeft, is het moment dat je wereld van onder je voeten valt. Vreemd eigenlijk als je bedenkt dat het een oude bekende is. Pas op het moment dat het iemand uit je eigen inner circle treft sta je er nogmaals bij stil.

Dus, mijn moeder heeft kanker. Een zeldzame en agressieve vorm van kanker (ook dat nog): kanker van de appendix. Blijkbaar hebben maar 25 Belgen per jaar deze ziekte, en heb je een kans van 2 op 1 miljoen om deze vreselijke ziekte te krijgen. Dit hebben ze ontdekt nadat haar appendix was ontstoken (beter bekend als ‘gesprongen’). Dus, kankercellen die los in je buik zitten. Geweldig.

De behandeling is enorm ingrijpend: een snee van in je bh tot in je onderbroek, een spoeling met chemo-vloeistof (beter bekend als HIPEC), wegnemen van een stuk dikke- en dunnedarm, eierstokken, stuk buikvlies etc. Er zijn lichtpuntjes waar we ons aan vastgehouden hebben. Haar dokter, Dr. Wim Ceelen, is hierin gespecialiseerd. In die mate dat andere lotgenoten, uit het buitenland, er alles aan doen om door hem geopereerd te worden. Herinner je je nog het geval van Laura? http://www.nieuwsblad.be/article/detail.aspx?articleid=DMF20121024_00346816

Een ander lichtpuntje zijn de overlevingskansen tijdens de operatie: 90%. De dag van de operatie ben ik gaan werken. Als een emotioneel wrak, dat wel, maar omdat ik het niet aankon om 9u (want zolang duurde de operatie) thuis te zitten, ‘mijn kas op te fretten’. NEGEN UUR! Echt. Gek komen! ’s Avonds mochten Tom (haar vriend) en ik bij haar op IZ. Die aanblik is op mijn netvlies gebrand. Zowel Tom als ikzelf hebben moeten slikken om niet te wenen. Mijn mama is sowieso al wat frèle (klein & mager) maar om ze daar in dat grote witte bed te zien liggen, aan 100 machines geschakeld… Het doet wat met een mens. En dan werd ze wakker. Moeizaam. Praten lukte moeilijk met die tube in haar keel. Maar, ze was bij de pinken. Zo ken ik mijn mama. Een vechtertje. In die mate zelfs dat ze de verpleger corrigeerde toen hij een vraag niet kon beantwoorden. Toen wist ik het: dit komt goed.

Maar de strijd die erop zou volgen had ik eerlijk gezegd onderschat. In eerste instantie ging ze normaal ‘maar’ 14 dagen in het ziekenhuis moeten blijven. Het begon goed: na 1 dag mocht ze al weg van IZ naar haar kamer. Maar dat mooie liedje bleef niet duren. Vocht in haar longen (meer dan 1,2l), een dubbele longontsteking, een lekkage in de darmen. Alle mogelijke complicaties vielen haar te beurt. Gelukkig is ze echt wel een vechtertje. Na 23 lange dagen, waarbij zowel Tom als ik de eerste week verlof genomen hebben om bij haar te kunnen zijn, bijna dagelijkse bezoekjes van mezelf, regelmatige bezoekjes van familie & vrienden en dagelijkse bezoekjes van Tom (faut le faire, als je weet dat de heenrit alleen al een uur was elke dag), mocht ze eindelijk naar huis.

Na een paar dagen thuis kregen we eindelijk de uitslag van het microscopisch onderzoek van de weggehaalde delen. De kanker was wel degelijk verder uitgezaaid. Het goede nieuws echter is dat de gevreesde chemo niet nodig is, aangezien ze alles weggehaald hebben en de HIPEC spoeling blijkbaar voldoende is. Een opluchting die ik je onmogelijk in woorden kan uitleggen gaat door je lijf.

En nu begint het lange proces van herstellen. 6 à 9 maanden voorspellen de dokters. Een ongelofelijk lange tijd. Als ik mama zie, snap ik waarom. Nog steeds heel veel pijn, weinig kunnen doen, zich slecht voelen. Gelukkig heeft ze haar Tommeke. Nog nooit ben ik zo ongelofelijk dankbaar geweest voor mijn jonge ‘stiefpa’. Echt waar, hoe hij elke dag zijn best doet voor mama, ik ben hem er dankbaar voor. Ondanks hun leeftijdsverschil zijn ze al 10 jaar samen en heeft hij de laatste maanden echt bewezen dat hij als vent en zij als koppel er staan.

De afgelopen maanden zijn een rollercoaster geweest. Emotioneel want je neemt het mee naar huis, naar je werk, naar je vrienden. Gelukkig had ik ook thuis een sterke vent die mij heeft opgevangen. Dus, merci liefje om me op te vangen de dagen dat ik huilend thuiskwam, de momenten dat ik het moeilijk had en de moeilijke momenten die ongetwijfeld nog gaan komen. For better & for worse I guess.  

En voor wie m'n mama niet kent, hierbij een foto van net voor haar opname. Dan pas zal je echt beseffen hoe moeilijk het te vatten is dat iemand zo jong, zo actief, zo ziek geworden is. 

Mams, ik ben trots op je, zie je graag en ben er voor je...


Een leven opbouwen in Buggenhout...

Raak je er een beetje aan gewoon? Dat is zowat de meest gestelde vraag tegenwoordig. "Waaraan?" denk je misschien. Wel, aan het wonen in Buggenhout.

Wie mijn blog nog niet volgde, vindt dit misschien een rare vraag. Je moet namelijk weten dat ik de afgelopen 12 jaar in Gent woonde. Ik groeide op Nieuwpoort, en wist al snel dat ik graag in een stad wilde wonen. Gent was dus een verademing, een bruisend nieuw bestaan. 12 jaar. Een era waarin ik student was, mijn eerste job krijg, verliefd werd, maar evengoed m’n hart brak.

En toen leerde ik Roel kennen. De jongen van Buggenhout. Diegene die ik zo graag zie dat ik m’n geliefd Gent heb opgegeven. Ik woon nu officieel van januari in Buggenhout. Een nieuw jaar, een nieuw begin, een nieuw leven.

Maar vooral: gaan wonen in een streek waar je vrijwel niemand kent, amper de dichtstbijzijnde bakker kent (ik weet eigenlijk enkel een broodautomaat staan & ken m’n weg naar de Delhaize/Lidl) en geen eigen vriendenkring hebt. Je moet weten, ik ben nogal een onafhankelijk wezen. Dus vind ik het idee dat ik enkel de vrienden van mijn lief ken nogal beklemmend. Dus, ik probeer me in m’n nieuwe stad te ‘smijten’.

Ik ben lid geworden van de lokale Open Vld-afdeling. Niet onwaarschijnlijk aangezien ik actief was in de Gentse Open Vld. Ik ben zelfs al direct aangesteld als webmaster. Bij Jong VLD Buggenhout ben ik ook vrijwel direct in het bestuur opgenomen. Ook weinig verwonderlijk aangezien ik communicatieverantwoordelijke ben van Jong VLD Nationaal. En natuurlijk helpt het wel dat Roel penningmeester is bij beide afdelingen. Dus, politiek engagement: check!

Vanuit m’n politiek engagement en gezien mijn gigantische passie voor boeken, ben ik vanuit de Open Vld afdeling aangesteld als lid van de raad van beheer van BIB en GC De Pit. Aangezien ik in Gent lid was van de Raad van Bestuur van Circa/Cultuurcentrum en lid van de Algemene Vergadering van het SMAK, heb ik het vertrouwen van onze Open Vld-afdeling gekregen. Dus, sociaal engagement: check!

En, omdat ik toch wel een beetje een eigen (lokale) vriendenkring wil opzetten, ben ik lid geworden bij de Golfclub Krokkebaas in Buggenhout. Ja, Roel speelt ook golf (zo makkelijk is het niet om een leven volledig los van m’n lief op te bouwen), maar het leuke bij golf is de toegankelijke, toffe bende die ik daar heb leren kennen. Jong en oud verbroederen na een wedstrijd en ik kom er altijd met veel plezier. Ik ga opnieuw les nemen (vorig jaar nam ik 1 maand een testmaand en behaalde ik m’n theoretische & praktische proeven, maar mijn baanexamen moet ik nog afleggen) en vlieg er terug met volle goesting in!

Mijn tips dus voor iedereen die net is verhuisd of vindt dat zijn/haar vriendenkring wel wat breder mag:

  • Word lid bij een lokale (politieke of sociale) vereniging
  • Ga bij een lokale sportclub. Dat kan voetbal, verdedigingssport, groepslessen dans etc zijn. Maar, je leert pas mensen kennen als je buiten komt.
  • Indien je kinderen hebt (wat bij mij dus nog niet het geval is), kan je bij de ouderraad, schoolraad etc gaan. Je leert er niet alleen meer bij over het reilen en zeilen op de school van je kind, je zal ook ouders leren kennen, die kinderen hebben waar jouw kinderen misschien goed mee bevriend gaan raken.
  • Kom buiten. Ga eens iets drinken. En praat met mensen. De beste manier om nieuw volk te leren kennen. In Gent had ik mijn vast stamcafé Plan B, en eerlijk gezegd, dat mis ik wel in Buggenhout. Daar zal ik duidelijk eens m’n werk van moeten maken!

Maar, om dus op de vraag te antwoorden die iedereen me stelt: ja, ik ben aan het wennen aan een leven in Buggenhout. Hoe kan het ook anders als ik nog steeds elke dag opsta met een glimlach op m’n gezicht omdat ik besef hoe graag ik Roel zie. En hij mij. I enjoy life everyday more and more. En binnenkort gaan we onze tuin aanleggen. Ik kijk er al naar uit! En zeker naar de BBQ’s en feestje die we er gaan doen! Want, het is niet omdat ik ben verhuisd dat ik mijn vrienden niet meer zie. Ik vind wel redenen om die naar Buggenhout te lokken!

Israël, ook wel het land van de Joden en van de Palestijnen

Zoals beloofd in mijn vorige blog, ga ik nu wat dieper in op de Palestijnse kwestie. 

Al van kindsbeen af hoorde ik de verhalen over de oorlog tussen Israël en Palestina. Door Israël te bezoeken en met verschillende mensen te praten (inderdaad, met Israëli) besefte ik pas echt hoe ingewikkeld dit verhaal net is.

(Bron: http://conflictenteller.nl/isra%C3%ABlpalestina.html)

WAT:

Na de Eerste Wereldoorlog kreeg Groot-Britannië Palestina onder ‘mandaat’ (beheer). Al in 1917 had de Britse minister Balfour aan de zionistische beweging een ‘tehuis’ voor het Joodse volk in Palestina beloofd en de Arabieren in het gebied zelfbestuur (de ‘Balfour Declaration’). 

De massamoord op de Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog zorgden bij veel Westerse landen voor schuldgevoelens. In 1947 besloot de pas opgerichte Verenigde Naties dat er in Palestina zowel een Joodse als een Palestijnse staat moest komen. De Arabische bevolking van Palestina en de Arabische landen waren tegen de vestiging van een Joodse staat, ook al omdat de verdeling van het grondgebied sterk ten nadele van de Palestijnen uitviel. Op 14 mei 1948, één dag voor het einde van het Britse mandaat, riepen de zionistische leiders de staat Israël uit. De volgende dag vielen legers van Egypte, Irak, Syrië, Jordanië en Lybië de jonge staat binnen – de eerste Arabisch-Israëlische oorlog. 

De goed bewapende en getrainde Joodse strijdgroepen weerstonden de Arabische inval en namen een groot deel van Palestina in. Bij de Palestijnen staat deze Israëlische Onafhankelijkheidsoorlog bekend als de nakhba (ramp). Enkele duizenden Palestijnen werden gedood en meer dan 500 Palestijnse dorpen en stadswijken verwoest. Ruim 700.000 Palestijnen werden verdreven of vluchtten naar de buurlanden en naar gebieden die nog niet door de Israëliers waren ingenomen. De Joodse staat veroverde veel meer grondgebied dan was voorzien in het VN-verdelingsplan, er kwam geen Palestijnse staat, Egypte lijfde de Gazastrook in en Jordanië de Westoever. 

Na 1948 heeft Israël nog verschillende oorlogen met Arabische buurlanden uitgevochten, zoals in 1956 met Egypte om de zeggenschap over het Suezkanaal, en in juni 1967 de Zesdaagse Oorlog met Egypte, Syrië en Jordanië. De Zesdaagse Oorlog was een groot militair succes voor Israël, dat het land een geweldige psychologische opkikker gaf en haar militaire en politieke dominantie in de regio voor lange tijd verzekerde. Het veroverde de Gazastrook en het Sinaï-schiereiland op Egypte, de Westoever (door religieuze Joden Judea en Samaria genoemd), inclusief Oost-Jeruzalem, op  Jordanië, en de Golanhoogte op Syrië. Het betekende een even zo grote vernedering voor de Arabische wereld. Deze schande werd in oktober 1973 gedeeltelijk uitgewist, toen Egypte en Syrië een gezamenlijke aanval uitvoerden die Israël volkomen verraste: de Jom Kippoer Oorlog, genoemd naar de heiligste dag uit de Joodse religieuze kalender, Grote Verzoendag, waarop de aanval begon. Pas na tussenkomst van de Amerikanen kwam er een wapenstilstand. 

Geleidelijk is het Arabisch-Israëlische conflict geworden tot het nog steeds voortdurende conflict tussen Israël en de Palestijnen. Hoewel de relatie tussen Israël en veel Arabische landen slecht is gebleven, hebben er sinds de jaren 1980 geen grote confrontaties met de buurlanden plaatsgevonden, met uitzondering van de Libanon-oorlog in 2006. In 1979 sloot Egypte een vredesverdrag met Israël, waarbij het de Sinaï-woestijn terugkreeg, in 1994 gevolgd door Jordanië. Het enige land dat Israël nog steeds echt bedreigt en weigert te erkennen is (niet-Arabisch) Iran, dat met Hamas, Syrië en de gewapende Hezbollah-partij in Libanon het zg. ‘afwijzingsfront’ vormt. 

Zowel Palestijnen als Joden claimen (delen van) het grondgebied dat nu de staat Israël vormt. Vanaf de jaren 1960 pleegden militante Palestijnse groeperingen regelmatig aanslagen tegen Israël en haar bevolking. De bekendste zijn de Fatah-beweging en de overkoepelde organisatie Arabische Liga opgerichte Palestijnse Bevrijdings Organisatie (PLO), beide tot zijn dood in 2004 geleid door Yasser Arafat. De doelstellingen van de PLO en Fatah zijn het verwezenlijken van een onafhankelijke Palestijnse staat. 

Vanaf 1987 zijn er onder internationale druk verschillende vredespogingen ondernomen. Aanleiding was de Intifada van 1987-1993, een grootschalig protest van de Palestijnse bevolking tegen de Israëlische bezetting van de Gazastrook en de Westoever. In deze periode zijn verscheidene nieuwe Palestijnse verzetsbewegingen ontstaan, waaronder Hamas en de Palestijnse Jihad. 

In 1993 ondertekenden de PLO en Israël in Oslo een vredesakkoord, waarin werd afgesproken dat de Palestijnen Israël als legitieme staat zouden erkennen en de Palestijnen zelfbestuur zouden krijgen in de sinds 1967 bezette gebieden. In 1995 werd de Palestijnse Nationale Autoriteit (PNA) opgericht, die de Palestijnse gebieden bestuurt. Begin 2000 liepen nieuwe onderhandelingen tussen Israël en de PNA echter stuk. In 2001 brak de Tweede Intifada uit, die veel gewelddadiger was dan de eerste en tot 2005 duurde.  

In 2006 won Hamas de verkiezingen in de Palestijnse gebieden,  wat een conflict tussen Hamas en Fatah veroorzaakte. In 2007 wist Hamas de controle over de Gazastrook te krijgen en sindsdien zijn de Palestijnse gebieden feitelijk verdeeld tussen een door de PNA bestuurde Westoever en een door Hamas beheerste Gazastrook. In december 2008 en januari 2009 lanceerde het Israëlische leger een grootscheepse militaire campagne in de Gazastrook (de Gaza Oorlog). Onder invloed van de ‘Arabische lente’ (de omverwerping van autoritaire regiems in Tunesië, Egypte, Libië en enkele Golfstaten) kwamen de PNA en Hamas in april 2011 tot een vergelijk. Het z.g. ‘vredesproces’ tussen Israël en de Palestijnen ligt echter al sinds 2009 stil.

 

WAAROM:

De wortels van het Israëlisch-Palestijnse conflict liggen dus in de 19e en de eerste helft van de 20e eeuw. Onder andere vanwege de uitsluiting en vervolging van Joden in veel Europese landen ontstond een beweging om een eigen Joodse staat te vormen. De over de hele wereld verspreide Joden zouden moeten terugkeren naar het ‘beloofde land’. Dit streven paste in het toen in zwang zijnde nationalisme, volgens welk elk volk of ‘natie’ recht heeft op zelfbestuur oftewel een eigen staat. Het streven naar een Joodse staat in Palestina wordt Zionisme genoemd, naar de berg Zion in Jeruzalem (Zion wordt ook vaak als synoniem voor Jeruzalem gebruikt) . Er werd eigenlijk weinig acht geslagen op het feit dat het beoogde land al bewoond werd, in grote meerderheid door Arabieren, zowel Moslims als Christenen, en dat er een bloeiende maatschappij bestond. De trek van (meest straatarme) Joden uit voornamelijk Oost-Europa kreeg een sterke impuls na het Eerste Zionistische Congres, gehouden in 1897 in Bazel en geïnspireerd door het boek Der Judenstaat van de Oostenrijkse journalist Theodor Herzl.

Het conflict gaat dus in de eerste plaats om grondgebied, om land en om grenzen, en om de identiteit van de bevolking. Naast het pure bestaan van de Joodse staat en de verdrijving van een groot deel van de oorspronkelijke Arabische bewoners, zijn in de loop der jaren een aantal specifieke problemen een rol gaan spelen. De vele honderdduizenden Palestijnse vluchtelingen blijven een heet hangijzer. Niet alleen hun vaak beroerde leefomstandigheden en het ontbreken van burgerrechten en economische perspectieven in de gastlanden, maar vooral het recht op terugkeer naar waar ze vandaan kwamen. De meeste van de oorspronkelijke Palestijnse huizen en dorpen zijn verwoest of worden door anderen bewoond en Israël verzet zich hevig tegen grootschalige terugkeer. De Palestijnse inwoners van Israël hebben een hoger geboortecijfer, wat op den duur een bedreiging kan vormen voor het Joodse karakter van de staat. Het land zit dus niet te wachten op nog meer niet-Joodse burgers, of dat nu terugkerende vluchtelingen zijn of de bewoners van de bezette gebieden (die Israël dan ook nooit bij het eigen grondgebied heeft willen inlijven). 

De status en toekomst van deze door Israël in 1967 bezette gebieden en de behandeling van de daar levende Palestijnse bevolking is een ander twistpunt. De bouw van nieuwe Joodse nederzettingen en de vestiging van steeds meer kolonisten is een doorn in het oog van de Palestijnen. De Joodse kolonisten worden economisch en politiek gesteund door de Israëlische regering en militair beschermd door het leger. De Palestijnen zien hun bewegingsvrijheid en hun economische ontwikkeling steeds verder beknot. Hun woede wordt nog versterkt door de bouw van een ‘muur’ (bestaande uit hekken, muren, greppels, wachttorens, prikkeldraad en poorten) tussen de Westoever en het eigen grondgebied, waarmee Israël in 2003 is begonnen. De muur loopt op sommige plaatsen dwars door Palestijns gebied en scheidt ook Jeruzalem in twee delen. Volgens Israël is de muur noodzakelijk om terroristen te weren. Palestijnen vinden de muur een afscheidingsmuur zoals de Berlijnse muur tijdens de Koude Oorlog. 

In 2006 trok Israël zich terug uit de Gaza-strook en ontmantelde de daar gevestigde Joodse nederzettingen. De grenzen blijven echter onder streng Israëlisch toezicht en de dicht op elkaar wonende bevolking lijdt onder een economische blokkade. 

De kwestie Jeruzalem: Jeruzalem speelt een grote rol in de drie monotheïstische wereldgodsdiensten – het Jodendom, het Christendom en de Islam. De stad staat nu onder controle van Israël, die dit zo wil houden. De Palestijnen claimen recht te hebben op het oosten van de stad, dat ze tot hoofdstad van hun eigen staat willen uitroepen. 

Het wederzijdse geweld is, zoals in veel conflicten, een probleem op zichzelf geworden, dat de wederzijdse haat en het wantrouwen voedt. In het verleden vroegen militante groeperingen middels terroristische aanslagen in Israël en in het buitenland, en middels gijzelingen en vliegtuigkapingen aandacht voor het lot van de Palestijnen. Sinds een aantal jaren vuren Hamas en andere militante Palestijnse groeperingen, en ook Hezbollah, met regelmaat raketten op Israël af, wat wordt beantwoord met bombardementen op Palestijnse doelen.

EN NU?

First of all: het staat vast dat het Joodse volk zwaar heeft geleden, vooral onder de Holocaust. Ik kan perfect snappen dat men een nieuwe thuis wilde creëren, nadat hun volk zo vreselijk werd behandeld. Maar, ze beroepen zich op 3000 jaar oude geschiedenis om hun rechten te claimen op een gebied, terwijl dit gebied toen bewoond werd door Palestijnen. Officieel was het een Brits mandaatsgebied, dus niet onafhankelijk. Daarnaast is er het argument van de Israëli dat er altijd een groep Joden is blijven wonen in die streek. 

Uit het praten met de Israëlische bevolking werd wel duidelijk dat veel Israëli eigenlijk gewoon vrede willen, en met rust gelaten wil worden. Er wordt dan ook steeds meer gepleit voor het 2-statensysteem. Maar… er blijven wel een aantal obstakels: wat met Jeruzalem? Israël zal Jeruzalem nooit loslaten en de Palestijnen zien Jeruzalem als hun hoofdstad. Wat met de settlements? Bij ons bezoek aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken werd gewezen op het afstaan van de settlements in de Gazastrook en dat ze dit opnieuw kunnen. Maar natuurlijk niet zonder een vredesgebaar van de Palestijnen. Wat met de muur en de gewapende troepen? Vertrouwen is er immers nog lang niet.

Een ander bijkomend probleem is dat die 2 bevolkingen elkaar al zolang haten, eigenlijk overgedragen van ouders & grootouders. De legerdienst heeft ook als gevolgd dat er een soort indoctrinatie is van het eigen gelijk en van hun nationalisme. Natuurlijk kan je evenmin de huidige Israëlische bevolking uit hun huizen zetten en deze teruggeven aan de Palestijnen…

Zoals je je wel kan inbeelden was het wel interessant om ook de minder bekende kant van het verhaal te horen, namelijk dat van Israël. De beelden van de onderdrukte Palestijnen hebben ons natuurlijk al jarenlang overspoeld. Het deed me vooral beseffen hoe moeilijk dergelijke geschillen zijn. Want: aan beide kanten heb je natuurlijk onschuldige slachtoffers. Elk geboren kind is onschuldig aan deze zaak. En sinds 1948 werden veel kinderen geboren, die nu de oorlogen van hun (groot)ouders moeten uitvechten. 

Even voor de duidelijkheid: ik keur niet goed dat Israël tot op heden Palestina onderdrukt. Maar, ik denk en ik hoop oprecht voor de beide bevolkingsgroepen, dat beiden snel tot een oplossing komen. Misschien is dat een les die het Midden-Oosten van Europa kan trekken? Hoe sterker de gemeenschappelijke (vaak economische) belangen, hoe minder snel oorlog een kans krijgt. 

Een hele moeilijke, gevoelige en ingewikkelde zaak, veel te complex om 1 in simpele blog uit te leggen. Maar bij deze heb ik een bescheiden poging gewaagd. 

Israël, ook wel het land van lekker eten, start-ups en Westerse problemen

Van 17 januari tot en met 21 januari was ik, samen met 7 andere leden van de huidige & vorige kern van Jong VLD, uitgenodigd in Israël. Aangezien ik geen specialisatie over het Midden-Oosten heb, heb ik geprobeerd met een open, maar kritische geest naar Israël te trekken. Tijdens deze trip ben ik vooral tot de conclusie gekomen dat Israël een prachtig land is, maar ook een heel ingewikkeld verhaal is.

Hierbij mijn bevinden:

1/ Het eten & klimaat

Kwestie van licht te beginnen, en je niet direct de Palestijnse kwestie op je bord te gooien. Alhoewel… ‘licht’. Israëli’s eten vrij uitgebreid. Lekker, maar heel veel. Denk aan verschillende bordjes met oa humus, olijven, tapenades etc op tafel, met een soort pitabrood. Heel lekker allemaal, maar na de reis toch wel wat bijgekomen. Uit hetgeen we in het museum over Joodse cultuur gezien hebben, is lekker eten eigenlijk een onderdeel van hun cultuur. I like.

Daarnaast was het 20 graden. In januari. Do I need to say more? Tel daar een prachtige omgeving bij en dan zal je snappen dat dit land echt wel een bezoekje waard is. 


2/ Het land van de start-ups & technologie

We bezochten de universiteit van Tel Aviv & Jeruzalem, The Junction, Sifriya, Ramot, Star Tau & Yissum over Start-ups & technology. Telkens bleef 1 iets terugkomen: The Start-Up Nation. Een boek geschreven door Dan Senor & Saul SInger, dat bij elke Israëli op het boekenlijstje staat. Het gaat dus over hoe Israël (een land met 8 miljoen inwoners, slechts 65 jaar oud, omringd door vijanden en in continu staat van waken) de meeste start-up bedrijven heeft.

Door onze bezoeken werd die vraag zo’n beetje beantwoord. Eerst en vooral is het een kwestie van mentaliteit. Veel mensen hebben een job overdag of werken halftijds en werken daarnaast aan hun eigen start-up. We bezochten eerst The Junction, opgerciht door Genesis Partners (= een venture capital bedrijf). Dit is een accelerator die werkt met het ‘pay-it-forward’ model. Een team kan 3 maanden (=een wave) begeleid worden door The Junction, krijgt kantoorruimte, samen met andere teams, en volledige begeleiding. In ruil weiden ze zich fulltime aan hun start-up, geven ze na 3 maanden een volledig uitgewerkte demo van hun product en helpen ze mee met de huidige & volgende waves door ervaringen of expertises te delen. Volgens Ms Cohen van The Junction werken Israëli niet graag voor een baas, maar zijn ze graag ‘hun eigen baas’. Daarnaast is er een andere mentaliteit in Israël met betrekking tot falen. Een ondernemer in België die is gefaald, die krijgt levenslang door zowel de staat, de bank als zijn omgeving de stempel van mislukkeling. In Israël wordt dit als een noodzakelijk ontwikkelingstraject beschouwd. Niemand kijkt neer op een falende start-up, maar motiveert je om opnieuw te proberen. Daarnaast zijn in Israël de wetenschappelijke & technologische studierichtingen heel populair, een domein waarin huidige start-ups veel potentieel hebben.  

 

Een overzicht van de start-ups die door The Junction werden begeleid.&nbsp;

Een overzicht van de start-ups die door The Junction werden begeleid. 

Een andere opmerkelijk feit is hoe georganiseerd de universiteiten samenwerken met private bedrijven. We bezochten Ramot (aan universiteit van Tel Aviv) & Yissum (aan universiteit van Jeruzalem).
Ramot is the technology transfer company and its liaison to industry, bringing promising scientific discoveries made at the university to industry's attention. The company provides the legal and commercial frameworks for inventions made by TAU faculty, students and researchers, protecting discoveries with patents and working jointly with industry to bring scientific innovations to the market.

Yissum Research Development Company of the Hebrew University of Jerusalem Ltd. Founded in 1964 to protect and commercialize the Hebrew University’s intellectual property. Ranked among the top technology transfer companies, Yissum has registered over 8,300 patents covering 2,337 inventions; has licensed out 700 technologies and has spun-off 80 companies. Products that are based on Hebrew University technologies and were commercialized by Yissum generate today over $2 Billion in annual sales.

Dus, wat hebben deze 2 instanties gemeen? Ze laten proffen, studenten en onderzoekers toe om zicht te focussen op hun eigen expertise, namelijk onderzoeken/uitvinden en zijn georganiseerd als een bedrijf waarbij ze actief naar de bedrijfswereld stappen om patenten te promoten en om van bedrijven opdrachten (en dus inkomsten) binnen te halen. Verder nemen ze alle praktische afhandelingen van patenten op zich. Een businessmodel dat duidelijk vruchten afwerpt. Deze bezoeken vond ik dus ongelofelijk inspirerend. In België bieden universiteiten zoals Leuven wel ondersteuning aan (dacht ik), maar ik denk niet dat ze samenwerken met een apart bedrijf, met apart management en aparte targets die actief ermee bezig zijn. Misschien een interessante case om uit te leren?

Bij verschillende bezoeken werd ook de link gelegd tussen de verplichte legerdienst en start-ups. Hoe dat zo? Wel: elke 18 jarige in Israël heeft verplichte legerdienst: jongens 3 jaar en meisjes 2 jaar. Uitzonderingen zijn onder meer diepgelovige Joden, de Arabische moslims & christenen. Ondertussen ijveren verschillende leden van de Knesset om voor deze bevolkingsgroepen in plaats van legerdienst, een soort maatschappelijke dienstplicht op te leggen. Door de huidige legerdienst krijgen velen al een opleiding, worden netwerken uitgebreid en worden jongeren van alle lagen van de bevolking en uit verschillende steden samen geplaatst. Behalve een goede integratie, heeft dit logischerwijze ook een nationalistisch gevolg.

3/ Het beloofde land & Jeruzalem

Komt bij jou ook niet spontaan de Bijbelverhalen die je als kind hoorde naar boven bij het horen van de naam Jeruzalem? Bij mij zeker. Als kind (en jonge adolescent) was ik namelijk (door mijn ouders) Getuige van Jehovah. Voor de mensen die deze godsdienst niet (echt) kennen: neen, we mochten geen bloed krijgen. En neen, we vierden geen kerst en verjaardag. En ja, ik had wekelijks 5u Bijbelstudie. Voor de rest was het niet zo erg. Alle, behalve als je een vroegrijp, opstandig kind was met een hele sterke drang naar vrijheid en onafhankelijkheid. Dan is het niet evident. Maar soit, zoals met alle minder leuke ervaringen in je leven, wordt je er meestal wel sterker van. En geloof me: als ik een fanatieke godsdiensteling zou moeten kiezen als gebuur: geef me dan maar een Getuige van Jehovah. Sympathieke mensen. Was gewoon niet mijn ding.

Waarom ik deze trip down to memory lane maak? Wel, mijn bezoek in Jeruzalem was dat namelijk ook. Gedurende jaren heb ik de Bijbelverhalen gehoord van het beloofde volk (de Joden) en van Jeruzalem. Om na al die jaren dan te staan op de Olijfberg: behalve een geweldig uitzicht, was het ook wel een geweldige ervaring. De Klaagmuur, de Al-Aqsamoskee (de gouden koepel), een aantal kerken, de Joodse begraafplaatsen… In deze verwonderlijke stad staat alles op een boogscheut van elkaar. Een van de meest treffende bezoeken vond ik aan de ‘Heilige Grafkerk’. De kerk gebouwd op de heuvel waar Jezus werd gekruisigd en begraven. Waarom ik dit bijzonder vond? Niet zozeer voor het feit dat Jezus daar zou gestorven zijn. Met ouder worden ben ik trouwens nogal atheïstisch geworden. Neen. Ik vond het geweldig omdat in dit ene gebouw verschillende religiën samenkomen. De Grafkerk is sinds 1852 een simultaankerk, in handen van zes christelijke confessies. De hoofdbeheerders zijn het Grieks-orthodox patriarchaat van Jeruzalem, de Rooms-katholieke Kerk (de orde der Franciscanen) en de Armeens-apostolische Kerk voor de binnenkant van het gebouw. In de 19e eeuw kwamen de Syrisch-orthodoxe Kerk van Antiochië, de Koptisch-orthodoxe Kerk en de Ethiopisch-orthodoxe Kerk daarbij. 

 

Geen wonder dat Jeruzalem al eeuwenlang de inzet is van vele religieuze oorlogen.

4/ Het land waar verschillende culturen samenleven

Israël bestaat momenteel uit zo’n 8 miljoen inwoners waarvan ongeveer 75 à 80% Joden en de rest Arabische moslims en Arabische Christenen. De officiële talen zijn Hebreeuws en Arabisch. Alle borden langs de weg staan dan ook in deze 2 landstalen + Engels, evenals alle communicatie gevoerd door de overheid. Iets wat ik in België niet direct zie gebeuren.

Bij ons bezoek aan de Knesset gaf een van de MK’s toe dat ze niet kan ontkennen dat sommige Arabische burgers in praktijk worden gediscrimineerd, bijvoorbeeld op vlak van huisvesting of werk. Eigenlijk een heel vergelijkbaar probleem zoals in de meeste Westerse landen, waar ook een verschil in taal en cultuur vaak aanleiding is tot discriminatie en verschillen in opvattingen. Dit wil de liberale fractie van de Knesset (de Yesh Atid) mee aanpakken door voor iedereen verplichte leger- of burgerplicht, ook voor ultra-orthodoxe Joden, omdat de legerdienst zorgt voor een betere integratie.

Ook tussen de Joodse burgers zelf zijn er veel verschillen: Er zijn seculiere Joden, Ultraorthodoxe Joden, Orthodoxe Joden, Masorti Joden, Liberale Joden, Karaïtische Joden,  etc. Vrij ingewikkeld dus. En met soms grote verschillen onderling. Vooral de ultraorthodoxe Joden vallen sterk op. Ook in Antwerpen kan je hen makkelijk uit een groep herkennen (denk aan de krullen naast het gezicht, de hoeden en de lange zwarte kleden). Deze groep wordt vaker getroffen door armoede, aangezien de mannen vaak niet werken (ze willen de Thora bestuderen), en ze vaak (heel) veel kinderen hebben.

Algemene conclusie:

We zijn geweldig goed ontvangen geweest in Israël, kregen een heel boeiend programma voorgeschoteld, en hebben een fantastische trip gehad. Aangezien mijn blog al een stuk langer is uitgevallen dan verwacht, zal ik de volgende keer verder ingaan op de Palestijnse kwestie.